Over mijzelf
De amandelbomen in bloei:
alles, wat we hier kunnen presteren,
is, zich zonder rest te herkennen
in de aardse verschijning.
Eindeloos verbaasd kijk ik jullie aan,
jullie gedrag,
hoe jullie de slinkende sier dragen in eeuwig zin.
Ach, wie het zou verstaan te bloeien:
hem zou het hart welgemoed zijn
boven alle zwakke gevaren uit en in de grootste nog.
Rainer Maria Rilke, Gedichte 1906 bis 1926
Vollendetes, Insel Verlag 1957, 2003 Frankfurt, pagina 829
(eigen vertaling, 2007)
Oostenrijk
Ik werd geboren in 1952 in Wenen en kreeg de Hongaarse, dus echt Weense naam van mijn vader en grootvader. Na een opleiding in moderne industriële productietechnieken en studies in de kunsten van de oude meesters aan de Wiener Kunstschule volgde de militaire dienst.
Daarna werkte ik vier jaar enthousiast fulltime in kerkelijk jeugdwerk en studeerde drie jaar theologie en pastoraat in Duitsland. Weer terug in Wenen verdiende ik mijn brood als technisch schrijver, vertaler en illustrator in de computerindustrie. Tegelijk engageerde ik me in mijn vrije tijd, mede geïnspireerd door chassidische idealen, theologisch-pastoraal in plaatselijke kerken en interkerkelijk in journalistiek en organisatie. Dit bracht me ten slotte in omroepjournalistiek en -productie.
Nederland
In 1990 verhuisde ik naar Hilversum, om in internationale omroep wat sporen te verdienen. Ik publiceerde persberichten en verzorgde publicaties, schreef internationale programma-inhoudsrichtlijnen en coördineerde uitzendingen in 40 talen voor hun inhoudelijke en interculturele harmonie, deed internationale onderzoek en bouwde een productie op in het buitenland.
In 1999 rondde ik aan de Vrije Universiteit in Amsterdam mijn studies in de Sociaal-culturele wetenschappen af met een Master in de specialisatie Cultuur, organisatie en management. Als scriptie schreef ik een Engelstalig essay over de huidige Messiaans Joodse beweging in Israël.
Na tien jaar internationale omroep stapte ik in 2000 over naar de Hogeschool Helicon in Zeist. Als hoofd bureau buitenland was ik verantwoordelijk voor internationaal beleid. Met plezier bemiddelde ik in Europese accreditering van opleidingen, onderwijsprojecten en buitenlandstages.
Sceptisch maakte ik in 2001 kennis met het opstellingenwerk. Een jaar later meldde ik me aan voor de opleiding bij DHISC, het Duits Hollands Instituut voor Systemische Constellaties, en rondde haar in 2005 overtuigd af. Ik wilde geen therapeut worden, maar persoonlijke thema's verwerken, die vroeger bleven liggen, maar zich nu terug meldden, om me verder te ontwikkelen. Pas toen ik de ongezochte en onverwachte waardering van collega's voor mijn aanpak zag, vatte ik moed, daarmee naar buiten te treden. Tot de internationaal erkende therapeuten, die mij inspireerden en leerden, horen,
- Hunter Beaumont,
- theoretische fundamenten, ethiek en kritische zelfreflectie;
- Barbara en Hans Ebersbächer,
- eigen beperking en vruchtbare coöperatie in familieopstellingen;
- Ursula Franke,
- de onderbrokene uitreiking van het kleine kind individueel en in groepsverband;
- Stephan Hausner,
- agressieverwerking en sjamanisme;
- Anngwyn St Just,
- ontstaan en verwerken van systemische en sociale traumata;
- Uddhar Wolfgang Könighaus (1953-2010),
- theoretische en praktische inleiding en verdieping, ‘het lege midden';
- Daan van Kampenhout,
- sjamanistische en chakra opstellingen, rituelen;
- Berthold Ulsamer,
- structuur- en keuzeopstellingen;
- Gunthard Weber,
- conflict- en organisatieopstellingen. Voor zijn boek over Organisatieopstellingen assisteerde ik bij de Nederlandse vertaling.
Aan het Centrum Marieke de Bruijn verdiepte ik me anderhalf jaar in de theorie en praktijk van Verlies en trauma integratie. Ik zag en beleefde, dat de rouwfasen van het Kübler-Ross model niet achtereenvolgend maar parallel lopen.
Sinds 2007 verdiep ik me bewust in dieptepsychologie. Ik genoot twee jaar onderwijs aan het Jungiaans Instituut in Nijmegen. In 2013 rondde ik de vijfjarige opleiding Jungiaanse en symbolische psychologie af bij Karin Hamaker-Zondag, stichting Odrerir in Amstelveen. Voor een scriptie vergelijk ik theologisch exegetische met psychologisch analytische methoden aan de Völundarkviða, het Wielandlied in de poëtische Edda.
In 2011 presenteerde ik in de nieuwe bibliotheek in Wageningen voor het eerst schilderijen en gedichten, die in de afgelopen jaren ontstonden. Een tweede tentoonstelling in de Nassaukerk te Amsterdam, verbonden met een kunstvesper, volgde in 2012. In beide wees ik met twintig werken op het vergeten vrouwelijke begin van de ontwikkelingsgeschiedenis van het menselijke bewustzijn.
Meer nog dan in pastoraat en opstellingenwerk vloeien nu in de dieptepsychologie studies en ervaringen op vele velden harmonieus samen met innerlijke ontwikkeling en rijping. Vanuit deze brede achtergrond mag ik nu individuen en groepen, van diverse achtergronden en culturen, een stuk begeleiden op hun weg, en hen die, zoals ik in de tweede levenshelft staan.