Gerard van de Rijp in zijn tuin
Bij de aanleg van tuinen golden stringente bouwvoorschriften of ‘keuren’, vertelt Van der Hoeven. De keurtuinen zijn net als de huizen ontworpen in diverse stijlen. Na de zeventiende-eeuwse Franse stijl - veel strakke hagen met omzoomde perken en paden in geometrische grindpatronen - volgen in de achttiende eeuw de Engelse tuinen met een meer landschappelijke structuur en verscholen romantische zitjes en tuinhuizen. Anders dan in de weelderige tuinen rondom de buitenplaatsen langs de Vecht zat men zelden in de stadstuinen, zegt de landschapsarchitect. Het waren tuinen om op uit te kijken. Ze zorgden voor schaduw en frisse lucht.
Jeroen Junte, Leven aan de Gracht
National Geographic, maart 2013: 34 - 53

Anoniem, Noord-Hollandse School laat 17e eeuw. Olie op doek, 81 x 98 cm. Kalab 2013
Gerard van de Rijp liet zich portretteren in zijn tuin, wellicht in Waterland. Zelden liet zich in zijn tijd iemand zo intiem en persoonlijk afbeelden, oordeelt Eric de Jong in ‘Nederlandse tuinen in de Gouden eeuw’ nog 1988. Doopsgezinden hadden vaak een ‘strenge smaak’, want eenvoud was voor hen een deugd en de ‘dure’ eenvoud van de classicistische vormentaal scheen hen aan te spreken.
Van de Rijp draagt een pruik, een ‘Japonse rok’ en een witte das. Heren droegen de ‘Japonsche rock’ binnenshuis en bij informele gelegenheden. De elite liet zich er graag met de rok schilderen die bij het negligé hoorde en een ge-liefd statussymbool was. De Shogun, de Japanse handelskeizer, schonk leden van de VOC, de Verenigde Oost-Indische Compagnie (1602 - 1798), zijden kimono’s, die in vorm, materiaal en techniek de ‘Japonse rok’ inspireerden. Latere modellen werden vaak in effen zijde uitgevoerd, zoals die op het schilderij.
Slechts welvarenden konden zich de luxe van een eigen tuin buiten Amsterdam veroorloven en ze met toen nog exotische bloemen vullen. Bloemen waren de ‘gadgets’ van de dag en tuinieren was een hoog aangeschreven kunst die de persoonlijke ontwikkeling bevorderde.

achterkant van het schilderij. Kalab 2013
Een label van het Rijksmuseum op de achterkant van de lijst noemt het schilderij: ‘Gerard Van de Rijp in zijn tuin’ en classificeert dit werk van een onbekende als ‘Hollandse school, laat 17e eeuw’. De label met ‘Inventaris nummer C633’ en ‘Catalogus nummer 261’ herinnert aan de ‘Bruikleen van Diakenen der Verenigde Doopsgezinde gemeente Adam’. Het schilderij was vanaf november 1899 in het Rijksmuseum en keerde in november 1952 terug naar de Doopsgezinde Gemeente.