Vier, drie, twee en één in Van de Rijps tuinportret
In het licht van Jungiaanse en symbolisch psychologische betekenissen vallen de perken en motieven in Van de Rijps tuin te interpreteren als expressies van zijn anima en van zijn groeiende persoonlijkheid of zelf.

In de centrale mandala van het zich constitu- erende Zelf benaderen cirkel en vierkant el- kaar. De geometrie duidt op de kwadratuur van de cirkel, de beweging ‘van 4 via 3 en 2 naar 1’, de vereniging van onverenigbare tegenstellingen. Detail Kalab 2013
De geslaagde zorg voor planten in een goed doordachte tuin spreekt alsnog van ontwikkeld denken, intuïtie en fysieke waarneming, met gevoel als minderwaardige functie, dat in de standenmandala letterlijk achter ligt. Gevoel geassocieerd met water ontbreekt in vloeibare vorm in de tuin, maar ligt als damp in de lucht, zo als ligt het gevoel in het denken. Dit past in hedendaagse termen bij een neurotisch persoonlijkheidstype.
De linker mandala van het kaartenspel en de vier standen
De vier kleuren van het kaartenspel in de linker mandala representeren naast de vier standen ook de vier elementen. Lucht staat daarbij als Schoppen, ♠, tegenover aarde als Ruiten, ♦, en vuur als Klaveren, ♣, tegenover water als Harten, ♥. In Jungiaanse termen van de vier oriënteringsfuncties naar de wereld staat hier niet denken tegenover voelen en gewaarwording niet tegenover intuïtie. Van de Rijps standenmandala zet denken tegenover gewaarwording en voelen tegenover intuïtie.
De linker mandala met de vier kleuren van het kaartenspel lijkt verder te getuigen van een voortschrijdende integratie van de persoonlijke en maatschappelijke schaduw in het bewustzijn:
- Van de Rijp was, bij wijze van spreken, zelf Ruiten, ♦, een koopman en als doopsgezinde diaken aannemelijk vroom. Trachtte hij, min of meer bewust, naar de kwaliteiten van de andere standen?
- De vruchtbaarheid van Klaveren, ♣, de boerenstand, realiseerde hij in zijn hoftuin. De boerenstand werd lang onderdrukt en doopsgezinden hadden een generatielange traditie van identificatie met boeren.
- De lansenspits van Schoppen, ♠, staat haast dreigend diametraal tegenover hem en Ruiten. Adel en militair hadden doopsgezinden generaties lang genadeloos vervolgd, maar bleken in zijn tijd in Amsterdam tolerant en verdraagzaam. Hoe betrouwbaar waren zij echter? Hoe wijs waren zij werkelijk en wat was hun wijsheid waard? Accepteerde de doopsgezinde koopman hun vaak nodige bescherming op zijn handelsreizen?
- Was Harten, ♥, uiteindelijk, de Roomse geestelijke stand niet de eigenlijke bron van alle ellende, niet alleen van de ellende van doopsgezinden? Als protestant en doopsgezinde hoefde en wilde Van de Rijp geen instantie die tussen hem en God stond. Wat moet een protestant, die door zijn geloof en door de in hem wonende Heilige Geest met de hele godheid verbonden is, met de geestelijke stand? Als diaken van de doopsgezinde kerk gaf hij de geestelijke stand een alternatieve invulling.
Hoe Van de Rijp zich in verhouding zet tot de vier kleuren spreekt voor een doorgaand proces waarvan de uitgang niet te voorzien was.
De centrale mandala van het zich constituerende Zelf

Heinrich Khunrath 1560 - 1605 De vier, de drie, de twee, en de Ene Uit: ‘Amphitheatrum Sapientiae aeternae’, ‘Het Amfitheater van de eeuwige Wijsheid’. Kopergravure, Hamburg 1595 Mattes 2006 commons.wikimedia
De middelste mandala, die alleen abstracte combinaties van vierkant en cirkel toont, als men van de rechthoeken afziet, spreekt het meest duidelijk van metafysiek en spiritualiteit en van een zich constituerend zelf. De strikt geometrische vormen spreken daarvoor, dat het onbewuste afstuurt op de kwadratuur van de cirkel, voor de beweging van ‘vier via drie en twee naar één’, die cirkel en vierkant als symbolische tegenstellingen procesmatig op de symmetrieassen verenigt. Zoals bij menigeen vandaag kon dit proces ook bij Van de Rijp aflopen zonder dat hij zich vol bewust was van de psychologische betekenis van symbolen en proces. Zoals Jung aantoonde gaat het onbewuste zijn eigen gang, of het nu bewust gezien of begrepen wordt of niet. Wat telt is de innerlijke ervaring en rijping.
De negen perken op de voorgrond
De negen perken op de voorgrond, die rond het getal drie en vier draaien, vallen op twee manieren te interpreten. Kritisch bezien drukken die drie keer drie rechthoekige perken op de voorgrond met daarin drie bloemen een mannelijke dominantie over het vrouwelijke uit. Zij herinneren aan de onderdrukking, verdringing of verdwijning van het vrouwelijke uit de protestantse hemel. Met de volgens de alchemie mannelijke drie overheerst het mannelijke principe van de geest dat in de tuin de aarde zijn wil oplegt. Positief gezien gaat de geest alsnog de nodige verbinding aan met de aarde. De ‘nauwgezette’ perken zijn namelijk tegelijk de beschermende ruimte voor de kostbare en gekoesterde bloemen.
De dyade van Van de Rijp en de stokroos
De dyade van Van de Rijp en de stokroos laat zich interpreteren als toenadering tot de anima. Door de uitbanning uit zijn transcendente voorstellingen werd zij in het onbewuste echter nog maar versterkt. Het vrouwelijke dat dogmatisch afwezig was in zijn hemel, was alsnog in zijn onbewuste aanwezig en actief en keerde in menig symbool in zijn tuin terug. Dit komt overeen en loopt parallel daarmee, dat het aardmoeder-archetype zich opnieuw in de tijdgeest van de Renaissance roerde. Mogelijk spreekt de dominantie van de mannelijke drie voor een verdedigingsreactie van zijn bewustzijn op de intuïtief aangevoelde bedreiging die ontstond in de toenadering van en aan de grote onbekende: het vrouwelijke onbewuste in zijn innerlijk en in zijn maatschappij (Jung VW 8: 339).
Het tuinportret zou daarmee getuigen van een man die aarzelend en moedig tegelijk begint kennis te maken met het vrouwelijke onbewuste, zijn anima en het aardmoeder-archetype. Hij lijkt zowel door haar gefascineerd als voor haar op zijn hoede. Hij was, naar het schijnt, onderweg naar de monade, de vereniging van zijn innerlijke tegenstellingen.
Enkele mogelijike psychologische conclusies over Van de Rijp

Jan Steen 1626 - 1679, Het vrolijke huisgezin 1668 Op het vel aan de muur rechts boven staat: ‘SooD / OVDE / Songen / Soo / Pÿpen / De IongE‘, ‘Zo de ouden zongen, zo piepen de jongen’ . Detail. Olie op doek, 111 x 141 cm. Rijksmuseum Amsterdam Ritarita nl 2009 commons.wikimedia
Van de rijp stak zijn hand in eigen boezem en zocht raad bij zijn eigen gevoel. Psychologisch benadert de geste zijn anima, zijn ziel of psyche, zijn gevoel en het onbewuste. Hij zocht de toenadering tot zijn nog onbekende of vooralsnog minder bekende kant en streefde tegelijk ernaar, de controle te bewaren. In huidige psychologische termen gesproken zal hij typologisch een neurotische persoonlijkheidsstructuur hebben gehad. De priegelig gecontroleerde netheid in zijn tuin, die alles behalve een ‘huishouden van Jan Steen’ lijkt, spreekt daarvoor; en mogelijk voor een dwangmatige trek.
- 100 jaar Rijpenhofje
- Het Rijpenhofje
- Het Rijpenhofje in 1982
- Reglement voor het Rijpen Hofje 1837
- Vier eeuwen hofjes in Amsterdam
- Dank
- Bronnen