Drie in de Bijbel
In de Bijbel komt de drie veelvuldig voor. Hier volgen slechts enkele voorbeelden.
Noah had drie zonen, Sem, Ham en Jafet (Genesis 6). Drie onbekende mannen verschenen aan Abraham. Sarah spoedde zich om hen van drie maten meel koeken te bakken (18). Josef legde drie dromen uit (40) en een engel beschermde drie mannen in Nebukadnézars vuur (Daniel 3,24).
Kerken interpreteren de drie bezoekers bij Abraham gewoonlijk als engelen. Zij herinneren echter ook aan Semitische goden die tussen hun twee vaste begeleiders verschijnen. Zo begeleiden Aziz en Monimos Baal van Edessa en in astrologische termen begeleiden Mars en Mercurius Baal als zon (Jung VW 8: 40). Ook Babylonische goden treden in drieën op. Het symbool van drie engelen verwijst verder naar het conflict tussen de hogere lucht- of geesttriade en de lagere, vrouwelijke en aardse macht (Jung VW 8: 339).
Volgens christelijke traditie brachten drie wijzen de nieuwgeboren Messias drie geschenken: goud, wierook en mirre (Mattheus 2,11). Een keer gedood zou de Messias, na het voorbeeld van Jona, die drie dagen en nachten in de vis verbleef (Jona 1,17), na drie dagen opstaan van de dood (Markus 14,58). Het christendom vereert één god in drie personen of verschijningsvormen, Vader, Zoon en Geest (Johannes 15,26). Uiteindelijk zal het Nieuwe Jeruzalem als een driedimensionale mandalastad naar alle vier windrichtingen drie parelpoorten hebben (Openbaring 21,13).
De zegenformules in het Nieuwe Testament noemen ‘lichaam, ziel en geest’ (1 Thessalonicenzen 5,23). Oorspronkelijk Joods doelde deze trias op de bescherming van de hele mens in al zijn aspecten. Lichaam, ziel een geest vormen nog een andere bekende trias (Jung VW 5: 249).
- 100 jaar Rijpenhofje
- Het Rijpenhofje
- Schilderijen
- Waardering
- Gerard van de Rijp in zijn tuin
- Het spirituele hof
- Het beminde hof
- Het analytische hof
- Appels en peren vergelijken
- Alchemie, Chassidisme en tuinkunst
- Jungiaanse en symbolische psychologie
- Van de Rijps tuinkunst als onbewuste expressie
- Van de Rijp als Adam
- Van de Rijps anima en zelf
- De tuin als archetype
- De roos als archetype
- De stokroos als archetype
- Stok en staf
- De boom als archetype
- De plant als opus magnum
- De perkenmandala's
- Mandala's in de prehistorie
- Boeddhistische en christelijke mandala's
- Het orthodoxe dilemma in mandala's
- Kinderen tekenen spontaan mandala‘s
- De mandala's van Isabelle Staehle
- De psychologische betekenis van de mandala
- Geometrie
- De mandala van de vier standen
- De mandala van het zelf
- De hogere én de lagere mens
- Een momentopname van innerlijke rijping
- Vier, drie, twee en één in het tuinportret
- Onvermoeide fascinatie
- Een leven lang
- Conclusie en wens
- Gozewijn Centen en zijn gezin
- Schilderijen
- Het Rijpenhofje in 1982
- Reglement voor het Rijpen Hofje 1837
- Vier eeuwen hofjes in Amsterdam
- Dank
- Bronnen